donderdag 31 mei 2018

Een Pikketanussie

Ik moet toegeven dat ik dit lied
in mijn 'muzikale carrière'
altijd heb proberen te vermijden.
 
Maar de mevrouw in het verzorgingshuis
waar wij gisteren meezingliedjes speelden
konden we het niet weigeren.
 
 
 op Youtube:

 

Een pikketanussie gaat er altijd in
Een pikketanussie maakt je blij van zin
Ik heb geen trek in zo'n Franse Pernod
Dat witte spul krijg je van mij cadeau
En ook die Deense Aquavit
Die drink ik van m'n leven niet
In plaats van vodka, of English gin
Een pikketanussie, een pikketanussie
Een pikketanussie, gaat er altijd in


De een drinkt limonade
De andere weer wijn
Maar al die zoete spullen
Zijn zeker niets voor mij
Wordt zo iets aangeboden
Dan weiger ik ied're keer
Ik hou me bij een drankje
Een glaasje recht op en neer

Want het liefste word ik teut
Van zo'n Nederlandse neut

 Een pikketanussie gaat er altijd in
Een pikketanussie maakt je blij van zin
Ik heb geen trek in zo'n Franse Pernod
Dat witte spul krijg je van mij cadeau
En ook die Deense Aquavit
Die drink ik van m'n leven niet
In plaats van vodka, of English gin
Een pikketanussie, een pikketanussie

Een pikketanussie, gaat er altijd in
 
 
 
de originele bladmuziek staat in ES
(Johnny Jordaan kon erg hoog zingen)
deze bladmuziek is op aanvraag
ook in andere toonsoorten te verkrijgen



Pikketanussie is Amsterdams dialect voor een borrel (graanjenever). In de Amsterdamse kroegen was het normaal om een pikketanussie te vragen. Werd de borrel goed ingeschonken dan kreeg de jenever een bolle kop op het borrelglaasje staan (een meniscus). Dit werd dan een "over het IJ kijkertje" genoemd.

Volgens taalhistoricus Ewoud Sanders werd het woord pikketanussie voor het eerst opgetekend in het jaar 1897 en wel in het boekje Militaire en andere schetsen van M.A.C. Nierstrasz.[1]

Harry de Groot schreef een lied over het drankje, Een Pikketanussie, dat door Johnny Jordaan populair werd gemaakt.